Tilia cordata

Winterlinde 

De winterlinde (Tilia cordata) of kleinbladige linde is een lindesoort die in Europa in het wild voorkomt. Tevens wordt hij als sier- of schaduwboom aangeplant in parken en tuinen.


De hoogte is circa 30 m. De boom heeft een hoge, dichte, koepelvormige kroon. De schors is aanvankelijk glad en grijs. Later wordt deze donkergrijs en gegroefd. De twijgen zijn rood van boven en olijfgroen van onderen. De knoppen zijn glad, glanzend donkerrood en eivormig.


De kleinbladige linde heeft hartvormige bladeren die 4-7 × 3-5 cm groot worden. De bladeren zijn voorzien van fijngezaagde randen, en een geelgroene of rozeachtige bladsteel van 3-5 cm lang. Het blad is aan de bovenzijde donker en glimmend groen. Aan de onderzijde is het blad bleker. In de oksels van de bladnerven zitten bosjes haartjes.


De bloemen zijn wit en vormen dichte groepjes van vier tot vijftien stuks. Er is een bleekgroen schutblad van circa 6 cm lang. De boom draagt circa 6 mm grote, bolvormige, niet-geribde doosvruchtjes.


Oorspronkelijk kwam de winterlinde ook voor in de Nederlandse natuurbossen. Pollendiagrammen, gebaseerd op stuifmeelvondsten in bijvoorbeeld moerassen, tonen aan dat de linde zelfs veel voorkwam. In de periode van het atlanticum was deze boom op redelijk voedselrijke plekken zelfs de dominante boom en niet de zomereik



Specificaties

Hoogte

20 - 25 (30) m, snelgroeiend

Breedte

10-15m

Kroon

breed eirond tot rond, halfopen kroon

Schors en takken

donker grijsbruin, gegroefd, twijgen groen, later roodbruin

Blad

min of meer rond, hartvormige bladvoet, groen, 4 tot 9 cm

Bloemen

in opstaande tuilen, geel tot roomkleurig, sterk geurend, juni/juli , geurende bloemen

Vruchten

rond-eivormig, Ø 0,5 - 0,8 cm, eerst viltig, later kaal

Stekels/doorns

Geen

Faunaboom

drachtboom voor bijen, waardboom voor vlinders

Oorsprong

Europa



Bron: afbeelding en specificaties: Van den berk.

Meer informatie over deze boom, klik hier!